Interview

Interview Otto Jager Het PA Bureau

Begin april startte Otto Jager als Partner bij Copenhagen Infrastructure Partners (CIP). Na 13 jaar bij netwerkbedrijf TenneT – waarvan acht jaar als CFO – was het tijd voor een nieuwe uitdaging, liefst eentje met een zo steil mogelijke leercurve. Naast leergierig, is Otto evenwichtig, goedlachs en een bovengemiddeld handige klusser. “De bouwmarkt vind ik een van de leukste plekken om in mijn vrije tijd rond te struinen.”

Interview

Meer dan een assistant

Als Otto’s Personal Assistant ben je veel meer dan alleen een assistant: Otto vindt het belangrijk een goede band te hebben met zijn PA. “Als je zo intensief met elkaar samenwerkt, kan dat bijna niet anders. Met mijn laatste vier PA’s heb ik nog steeds goed contact. Hoe het is om voor mij te werken? Uitdagend en plezierig, denk ik. Ik verwacht absoluut kwaliteit, maar de boog hoeft echt niet altijd gespannen te zijn. Er moet ook tijd en ruimte zijn om met elkaar te lachen. Verder ben ik een tamelijk rustig type en vind ik de persoonlijke ontwikkeling van mensen met wie ik werk belangrijk.”

 

Otto Jager,
Partner

 

Een leerzaam project

Op zijn CV staan mooie namen als ING, Citi en TenneT. Hij woonde onder meer in New York, Londen, Sydney en Beieren. “Een van de mijlpalen in mijn carrière was mijn gecombineerde rol als CFO/CHRO bij TenneT. Aan mij de taak om de people agenda op te zetten. Tegelijkertijd deed ik de opleiding ‘Change’ bij INSEAD. Toen ik daarmee begon was mijn voornaamste vraag ‘hoe ik de organisatie en de mensen die erin werken kon veranderen’. Tijdens het proces kwam ik erachter dat het er vooral om gaat om zelfreflectie en wat ik zelf anders moet doen om ervoor te zorgen dat mensen hun potentieel optimaal kunnen benutten. Een ongelooflijk leerzaam traject. Zeker voor een finance professional als ik die gewend is heel analytisch en verstandelijk naar zaken te kijken. Ik durf wel te zeggen dat mijn emotionele intelligentie daardoor de laatste jaren flink verbeterd is.”

Een inspirerende organisatie met duurzame projecten

In zijn rol bij TenneT maakt Otto in 2013 voor het eerst kennis met CIP. “Ik vond het een inspirerende organisatie en werkte altijd prettig met de founders. Investeren in groene, duurzame projecten is maatschappelijk zeer zinvol en de Deense werkcultuur ligt me goed. Het lijkt erg op de Nederlandse mindset, maar is toch net een beetje anders. CIP is een hele ambitieuze organisatie. Op dit moment hebben we 16 miljard euro in projecten geïnvesteerd; in 2030 moet dat 100 miljard euro zijn. Ik hoop met mijn kennis en ervaring een bijdrage te kunnen leveren aan het realiseren van die ambitie. Niet alleen op het gebied van transacties, maar ook op organisatorisch vlak. Als scale-up zijn nog niet alle processen en structuren strak geregeld. Om verder te kunnen groeien, hebben we een stabiele basis nodig. Ook in het bouwen van dat fundament wil ik graag een rol spelen.”

Werk helemaal loslaten doet Otto niet vaak. “Ik vind mijn werk gewoon echt heel leuk, dus ik vind het lastig om het volledig los te laten. Natuurlijk verwacht ik dat niet van iedereen, ik houd rekening met de grenzen van anderen. Als ik met mijn kinderen ben – ik heb er vier: twee dochters van 19 en 17, en een tweeling van een jongen en een meisje, beiden 14 jaar – denk ik zelden aan werk. Ik help ze graag met hun huiswerk, tegenwoordig snap ik meer van scheikunde dan ik als middelbare scholier deed.”

Een doe-het-zelver

Ook is Otto fervent doe-het-zelver. “Omdat ik voor werk non-stop met m’n hoofd bezig ben, vind ik het daarbuiten fijn om met mijn handen bezig te zijn. Een inloopkast bouwen, de zolder vertimmeren, keukenlades inbouwen en laminaat leggen: ik heb het de afgelopen jaren allemaal gedaan. Met wisselend succes, haha. Van te voren maak ik vaak een plan of tekening, maar meestal schaaf ik dat bij als ik bezig ben. Om er continu achter te komen dat ik nét dat ene gereedschap of moertje mis, en ik weer richting bouwmarkt moet. Daar kom ik graag. Het brengt me op nieuwe ideeën om praktische problemen in en om het huis op te lossen.”